Witte druif Vitis 'Riesling'

De Riesling klimdruif is een uit Duitsland afkomstige eetbare klimplant. De Riesling geeft jaarlijks witte zoete druiven, die rond augustus geoogst kunnen worden. Deze Vitis soort is winterhard tot ongeveer -20 graden Celsius en is niet wintergroen.

Aanplanten van uw klimdruif

Zet deze klimplant op een zonnige plek in uw tuin. Ze doen het goed in alle grondsoorten, maar vragen wel een humusrijke bodem. Geef bij het aanplanten altijd een ruime hoeveelheid water en voeding. Voor het aanplanten adviseren wij om ongeveer 20-40 liter DCM - Aanplantgrond te gebruiken. Voor elke pergolapaal plant u 1 druivenstruik. Voor aanplanting langs een schutting plant u 2 stuks aan.

Leuk om te weten

Het zijn onderhoudsvrije klimplanten die met de juiste standplaats weinig verzorging vragen. De druiven zijn zoet van smaak, maar de plant is niet helemaal resistent tegen druivenziektes. Hoe groter de potmaat, des te beter bestand de klimplant is tegen ziektes en plagen. De Riesling druiven worden gebruikt in Duitsland om wijn van te maken. Riesling wijn behoord tot 1 van de populairste wijnen ter wereld.

Snoeien en verzorging

Vraagt weinig onderhoud. U kunt in maart-april haar terug snoeien waarna ze weer zal uitlopen.

Kant-en-klare borderpakketten

Bekijk ook eens de kant-en-klare borderpakketten van Yarinde.

Hulp voor en na uw bestelling

Voor vragen over uw tuinplanten en tuinieren staan wij u graag te woord, zowel voor als na uw bestelling.

Inclusief gratis starterset klimplanten opbinden pergola & schutting

De klimdruif vraagt weinig onderhoud. U kunt in maart-april haar terug snoeien waarna ze weer zal uitlopen. Gebruik verder bij het aanplanten juiste aanplantgrond en voorzie de Vitis jaarlijks van organische meststoffen voor druiven.

Het snoeien van de klimdruiven doet u bij voorkeur twee keer per jaar. De eerste keer in de winter, voordat ze blad hebben. De tweede snoei doet u in de zomer (rond augustus).

De druif bestaat uit een 1 hoofdtak. Hieraan groeien jaarlijks nieuwe twijgen. Deze twijgen kunt u in de winter terugsnoeien tot ongeveer 20 cm van de hoofdtak. Zo blijven er aan deze twijgen genoeg knoppen zitten, waarop ze het jaar daarop zullen uitlopen. Deze twijgen kunt u ook laten hangen en gebruiken om de pergola, schutting of muur verder mee te laten begroeien.

Snoei bij voorkeur aan het begin van de winter. Het is ook mogelijk om ze te snoeien in de late winter, maar dan kan het zijn dat de sapstroom al op gang is gekomen en de plant gevoeliger is voor ziektes. Bij voorkeur dus aan het begin van de winter, maar eventueel in de late winter is ook mogelijk.

Rond augustus ontstaan de eerste druiventrossen. Deze moeten veel zonlicht vangen. Knip bladeren weg tot aan de twijg die het zonlicht van de trossen belemeren. Het kan voorkomen dat er 'lelijke' druiven aan de trossen groeien. Deze kunt u met de hand weghalen en wordt het 'krenten' van druiven genoemd.

Bemesten druivenstruiken, wanneer en hoe?

Druivenstruiken zijn kalkminnend en groeien erg goed op leemgrond, maar ook op andere tuingrond.

Strooi in het voorjaar (maart of april) een handje meststof voor klimdruiven bij zowel de witte als blauwe druif. De wortels van druivenstruiken groeien niet naar beneden, maar meer naar de zijkant. Voor een optimale bemesting strooit de meststoffen ongeveer 20cm van de hoofdtak (rondom). Dit helpt de plant met groeien en zorgt voor meer druiven. Geef een klein beetje water, zodat de voedingstoffen en mineralen beter oplossen in de grond. Door jaarlijks te bemesten zal de oogst toenemen en de druiven zoeter doen smaken.